menu

Op zoek naar het wezen van Michaël

Fusien van den Ent 

Wanneer wij na een heerlijke vrije, warme zomervakantie weer aan het werk gaan, de school weer begint, is het eerste feest dat gevierd wordt het Michaëlsfeest. Het is vanouds een oogstfeest: fruit en groentes voor de hele winter worden binnengehaald. Op straat knisperen de beukennootjes onder je voeten en tikken eikels op je hoofd. De eerste mooie geel-oranje-rood-gekleurde blaadjes worden gedroogd en aan slingers opgehangen als herinnering aan warme zonnegloed. Een dankfeest voor alles wat de zomer bracht.

Wellicht verschijnt op het schoolbord Michaël met zijn zwaard of lans en de draak onder zijn voeten, of met de weegschaal… Het spel van sint Joris wordt gespeeld en speurtochten die een beroep doen op je moed, op wakkerheid.

Wie is Michaël? Wat wil hij ons zeggen? Hoe kunnen wij hem ontmoeten en hem dan voor anderen beleefbaar maken?

Zijn naam Michaël betekent: Wie is als God?

Dat roept al vragen op: moet er een vraagteken achter staan? -dus zou iemand zijn als God of willen worden als God, dus op weg gaan?-

Of zou er een uitroepteken achter staan? - dus vertegenwoordigt hij God?-

Ik denk dat het allebei waar is.

Michaël is een aartsengel, die nu opgestegen is tot tijdsgeest (oerkracht). Michaël is aangezicht van Christus. Door Michaël kunnen wij Christus herkennen, vinden.

Door iemands aangezicht immers kunnen wij in de stem, de mimiek, de blik, de houding zijn kracht, zijn wezen en ook zijn mening over een situatie aflezen. Michaël begeleidt al vanaf het oerbegin de ontwikkeling van de mensheid. Als zonne-aartsengel vanuit de zonnesfeer, waarbij hij in de nacht zijn openbaringen gaf.

Nu werkt hij in de sfeer van de aarde, als dag-geest -dat wil zeggen dat gedurende de dag zijn openbaringen komen (waarvoor wij dus wakker bewust moeten zijn). Michaël werkt als aartsengel en als arche (=oerkracht) dus uit de engelenwereld, als volksgeest en als tijdgeest. Hij wordt aangeduid als vorst van de hemelse hiërarchiën en heeft als taak het bestieren van de kosmische intelligentie.

De engelenwereld

Er zijn negen engelenrijken, elk op een eigen ontwikkelingsniveau. Zij werken mee aan het realiseren en onderhouden van de schepping. Je zou kunnen denken dat zij werken als vingers, handen, armen of voeten van het godswezen. Al werkend aan de ontwikkeling van de mens leren zij en zo ontwikkelen zij daarmee ook zichzelf en komen daarmee te zijner tijd (met de mens) tot een hoger ontwikkelingsniveau. Michaël kennen we als aartsengel, maar in de negentiende eeuw is hij opgestegen tot arche (=oerkracht, zie schema)

Een leerling van Paulus, Dionysos de Areopagiet, heeft wat er in de antieke wereld over de engelen bekend was geordend in drie hiërarchiën, die elk drie engelenrijken omvatten. hij geeft ze Hebreeuwse en Griekse namen zoals wij die ook uit de bijbel kennen. Rudolf Steiner heeft ze namen gegeven waarmee de kenmerkende eigenschap van de groep wordt aangeduid.

De eerste hiërarchie noemt Rudolf Steiner de kracht-geesten, dit zijn de allerhoogst ontwikkelde wezens die direct om de Goddelijke Triniteit staan.

De Serafijnen: geesten van de liefde

De Cherubijnen: geesten van de harmonie

De Tronen: geesten van de wil. Deze hebben het zijn, de substantie van de wereld, in directe samenhang met God geschapen. De Wil van de Tronen draagt de schepping en dat wordt opgenomen in het wezen van de Cherubijnen (Dierenriem).

De tweede hiërarchie noemt Rudolf Steiner de licht-geesten.

De Kyriotetes, heersers, geesten van de wijsheid, schonken leven aan de mens.

De Dynameis, wereldkrachten, geesten van de beweging, schonken het zielenlichaam aan de mens.

De Exousiai, Elohim, openbaarders, geesten van de vorm, schonken de Ik-kiem aan de mens.

De tweede hiërarchie werkt vanuit de zon.

De derde hiërarchie noemt Rudolf Steiner ziele-geesten. zij werken in het denken, voelen en willen van de mens.

De Archai, oerkrachten geesten van de persoonlijkheid zijn tijdgeesten over grote perioden van de hele mensheid.

De Archangeloi, aartsengelen, zij werken in groepen mensen als volksgeesten, taalgeesten en als tijdgeesten van korte periodes (350jaar)

De Angeloi, engelen, boden, boodschappers, het rijk direct boven de mens, zij zijn 'boodschappers'bemiddelaars tussen hogere hiërarchiën en mens. Een engel heeft een persoonlijke verbinding met een mens (beschermengel). Hij zorgt dat wij onze lotsbestemming vinden (b.v. door 'toeval')

Daaronder is een wordende vierde hiërarchie: onze zichtbare wereld:

het mensenrijk

het dierenrijk

het plantenrijk

het minerale rijk

en daaronder werken de elementenwezens, onzichtbaar voor ons.

In de Flensburgerhefte 23 'Engel' vond ik een intervieuw met Dr. Helmut von Kügelgen dat de engelenwereld herkenbaar maakt. Wellicht kunnen wij iets te weten komen over de geestelijke wereld als we kunnen beleven dat we door belevenissen met elkaar verbonden zijn. Bedenk dat wij, als we geboren worden, binnenkomen met een grenzeloze wil om te leven, een wil om in een generatie, en wel in een heel bepaalde generatie op aarde te komen. Wij worden tijdgenoten… in iedere geboortegolf kun je de verandering van de tijd waarnemen, er is een tijdgenoot-lot… In iedere tijd werkt een eigen geest, een eigen cultuur. Zo zie je hoe een tijdgeest werkt.

Dan is er de taalgemeenschap, de moedertaal van het volk waarin je geboren bent, met gewoontes, volksaard, en temperament, een volksindividualiteit. Er kan ook een geest van gemeenschap zijn, een volksgemeenschap, een sociale gemeenschap, ook kleiner zoals een geest van een school, een buurt… Zo kun je een gevoel krijgen voor het werken van de aartsengelen (denk eens aan b.v. Sinterklaas), van de volksgeest.

En dan je persoonlijke lot. Je gaat je bewustzijn ontwikkelen, je denken. In welke ruimte, in welke tijd, in welke familie, vriendenwereld? Hoe moet ik daarin mijn weg vinden? Wat is eigenlijk mijn weg in dit leven? Daarin begeleidt jouw engel je.

Rudolf Steiner heeft nadrukkelijk gezegd dat het in deze tijd noodzakelijk is dat wij van ons uit onze verbinding met de geestelijke wereld leggen, een levende relatie relatie ontwikkelen met de wezens van de derde hiërarchie: de engelen, aartsengelen en de tijdgeest. Zo zouden de mensen moeten weten dat wij iedere nacht (wanneer wij slapen) de komende dag met onze engel voorbespreken. Die voorbespreking herinner je je niet (want je sliep), maar je moet je dat ook niet herinneren omdat wat je gaat doen een vrije daad moet zijn, een eigen beslissing.

Het gaat erom dat wij de engelenwereld in onze gezindheid opnemen, want daardoor wordt het in onze ziel levend, beweeglijk en zal in beslissende momenten ons het juiste invallen. Michaël en de engelenwereld laten ons de ruimte om in vrijheid te kiezen en te handelen, want wij moeten leren bewust, in vrijheid, in verantwoordelijkheid voor onze daden te leven. Omdat de geestelijke wereld ons vrij laat, is het onze opgave de weg naar Michaël, naar de geestelijke wereld, weer te vinden en te gaan.

Zij wachten op ons!

Michaël, Gabriël, Raphaël en Uriël
vier hoge aartsengelen werken in de seizoenen

Ieder jaar beleven we dat in de herfst de aarde inademt: het leven wordt geconcentreerd in zaden en wortels, de zonnebaan ligt veel lager, het zonnelicht en de zonnewarmte wordt minder: de aarde concentreert zich en is meer zichzelf. Na de kersttijd zal de zon langer en sterker gaan schijnen en zal de aarde met de planten zich weer met de kosmos verbinden. Iedereen die meeleeft met de seizoenen weet dat niet alleen in de natuur, maar ook in de eigen ziel deze adembeweging meebeleefd wordt.

Ieder seizoen heeft een andere stemming en brengt andere uitdagingen mee. Het Michaëlsfeest vieren we 29 september. We oogsten wat de zomer ons schonk van het land aan voedsel en vruchten voor de winter. En zelf kunnen we oogsten wat we kregen aan kracht en inspiratie.

Hoe goed is het om dan met elkaar het Michaëlsfeest vorm te geven, op te bouwen en beleefbaar te maken. We kunnen 'draken' overwinnen en geïnspireerd door Michaël moed krijgen om al onze taken en onze goede voornemens, zonnig als Michaël, tot een goed einde te brengen. Michaël wijst ons de weg, de bewuste weg naar onze geestelijke kern, naar het geestelijk licht, naar Christus.

Daarbij helpen de feesten van de herfst: geïnspireerd door Michaël, het Sint Maartensfeest en het Sinterklaasfeest. We hebben daarin de mogelijkheid om door onze wilsinzet iets geestelijks beleefbaar te maken. Licht brengen en warmte en aandacht waardoorheen Sint Maarten en Sinterklaas leven.

Op weg naar kerstmis, naar de donkerste, koude aarde waarin het kerstkind licht brengt. Dan is Gabriël de inspirerende aartsengel: de verkondiger van de geboorte, de aartsengel die verbindt met de aarde. Wij proberen dan door alle voorbereidingsdrukte heen om werkelijk licht te brengen in ons en om ons heen. We hopen op voldoende rust om een geestelijke geboorte mogelijk te maken.

Dan is er met Pasen Raphaël de aartsengel, in de tijd dat al het leven zich zichtbaar met de kosmos verbindt. Raphaël staat voor de genezende kracht van Christus tussen Lucifer en Ahriman.

In de zomer staat bij Sint Jan Uriël de aartsengel van vuur en van bewustzijnslicht. Want net als Johannes de Doper wil hij ons laten beseffen wat we eigenlijk doen en dat er veel is waarin we tot inkeer, tot ommekeer moeten komen (verander uw gezindheid).

Dan gaat de weg weer naar binnen, naar Michaël.

Zo krijgen we ieder jaar weer door de seizoenen impulsen die ons helpen op de ontwikkelingsweg.

S.O Prokoffief schreef over het jaarverloop als inwijdingsweg. Ieder jaarfeest maakt een speciaal aspect van onze geestelijke achtergrond en levensdoel beleefbaar. Ieder seizoen geeft ons in de natuur, in de storm of stille nevel, in zon of zachte meiregen, buiten of binnenshuis, met elkaar bezig of alleen in rustige momenten, bij feesten of in het gewone leven in en uitademing. Daarin kunnen geestelijke wezens inspireren, de goede geesten als het levend is, de minder goede geesten als het vanuit een 'zo moet het even gauw', zonder ziel gebeurt.

Michaël hoopt dat wij het leven bewust, van harte, kleur en inhoud geven vanuit ons eigen wezen. Soms lukt dat goed, soms helemaal niet, maar ook dat is belangrijk: we zijn allemaal wordende wezens. We worden door ervaring, lerend van onze fouten, van wat misging (als iets lukt, vergeet je het mettertijd want dat was een geschenk aan je wereld; wat mislukte kan een volgende keer tot iets goeds leiden). Wordende mogen wij de weg gaan met Michaël en Christus.

Michaël als volksgeest

Zoals Michaël elk jaar in de herfst de weg naar Kerstmis, naar de komst van Christus’ licht begeleidt, zo werkte Michaël ook als volksgeest van het hebreeuwse volk in de tijd van de Babylonische ballingschap. In die tijd begon de mens de verstandsziel te ontwikkelen: op weg naar de vrije, bewuste, individuele geest. Het Hebreeuwse volk had de bijzondere opdracht om een lichaam te ontwikkelen dat het Christuswezen zou kunnen dragen. Dus ook hier bereidde Michaël de komst van Christus voor. In Babylon ontmoette het Hebreeuwse volk Zarathos (incarnatie van Zarathustra) en Pythagoras; dit was een verbinding met andere cultuurstromingen.

Michaël, Oriphiël, Anaël, Zachariël, Raphaël, Samaël, Gabriël

Zeven aartsengelen elk verbonden met een van de zeven planeten. Ze wisselen elkaar af als tijdgeesten van periodes van ongeveer 350 jaar. Zij voegen hun planeetkleur een tijdlang toe aan wat onder de mensen leeft en laten nieuwe culturele elementen tot ontwikkeling komen.

Zo werkt Gabriël vanuit de maansfeer als aartsengel van de geboorte en het incarneren, dwz. met het je verbinden met de fysieke wereld. Hij heerste van 1510 tot 1879: de tijd van de ontdekkingsreizen, van het ontwikkelen van de natuurwetenschap, de techniek en het nationalisme.

Michaël is nu de tijdgeest, hij nam het in 1879 over van Gabriël. Nu we ons verbonden hebben met het fysieke bestaan onder leiding van Gabriël, moeten we de weg naar onze geestelijke wereld terugvinden met Michaël.

Michaël was eerder tijdgeest van 600 tot 200 voor Christus, in die tijd verschenen heel veel grote geestelijke leiders. In de 6e eeuw de historische Zarathustra, Lao-Tse en Thales

580 – 483 Gautama Budha
551 – 479 Confucius
580 – 500 Pythagoras
535 – 470 Herakleitos
469 – 399 Socrates
427 – 347 Plato
384 – 322 Aristoteles

de schrijvers Sophocles, Euripedes, Aristophanes, Empedocles, en Aischylos, de oud-testamentische profeten Jesaja tot Nehemia. Leiders, schrijvers, filosofen: het begin van de ontwikkeling van de verstands-/gemoedsziel, Michaël stimuleert dat.

Maar naast deze culturele ontwikkeling werd de mensheid toen ook wakker geschud door vele oorlogen, het ene rijk na het andere ontstond en werd weer vernietigd (Assyrische, Babylonische, en Perzische oorlogen). Tenslotte veroverde Alexander de Grote een enorm rijk en verbreidde daarin de jonge, nieuwe Europese geest. Michaël ploegt de akker om, opdat het geestelijk zaad dat hij uitstrooit kan gedijen. In die Michaëlstijd bereidde Michaël de mensheid voor om de Christusimpuls te kunnen opnemen. Toen ging het om denkkrachten, nu - in onze tijd - wordt de wil geïnspireerd, de wil om wakker te worden, de wil om bewust te leven. De wil om een scholingsweg te gaan en de geestelijke wereld te vinden in en achter dat wat er in de wereld gebeurt en dat wat er in en tussen de mensen gebeurt. De laatste eeuw is er heel veel verschrikkelijks gebeurd, gelegenheid genoeg om het kwaad te leren kennen, bewust.

We leven in de tijd waarin we de bewustzijnsziel moeten ontwikkelen. Daarmee zijn we hard aan het werk: vrouwenemancipatie, standsverschillen afgeschaft, kinderen worden gezien als kind, niet als kleine volwassene, we leren mensen uit heel andere culturen kennen: Michaël is tijdgeest over de hele wereld! Michaël werkt voor de hele wereld, als zonne-aartsengel en dient het zonnewezen Christus. Zoals de zon middelpunt is van ons planeten systeem is Michaël representant, of vorst van alle heerscharen en beheert de kosmische intelligentie.

Kosmische intelligentie

Christus kwam op aarde in de verstands-/gemoedszielentijd. De mens had toen nog geen zelfbewustzijn zoals wij nu kennen. In de mens werd toen de Ik-kiem gelegd, een Ik-impuls, maar de Ik-kracht moest ontwaken in de bewustzijnszielentijd.

Bij deze ontwikkeling hoort ook het denkvermogen, de intelligentie. Tot de achtste eeuw na Christus’ komst ontvingen de mensen gedachten uit de geestelijke wereld (kosmische intelligentie). Zij namen gedachten waar zoals wij klanken of kleuren waarnemen. Zelfs de grote filosofen kregen gedachten en ideeën, namen die in zich op, begrepen het en konden ermee werken. Zelf gedachten vormen konden de mensen pas later.

In de middeleeuwen schreef Joh. Scotus Eriugena nog over de verbondenheid van mensengeest en engelengeest; pas bij Thomas van Aquino (13e-14e eeuw) komt dat wat wij mensengeest noemen vrij van de engelengeest. Zoals de mens op aarde zijn Ik, zijn zelfbewustzijn gaat ontwikkelen, zo gaat hij ook zijn eigen gedachten vormen, zelfstandig. Vanuit de zon kwam het Christuswezen op aarde en gaf de mens een impuls om het individuele Ik te ontwikkelen. We zien dat daarvoor ook de kosmische intelligentie uit het zonnegebied in het aarde-mens-gebied komt: de mens krijgt eigen denkvermogen.

De zonne-aartsengel Michaël, die op de zon de kosmische intelligentie beheerde, volgt de weg van deze kosmische intelligentie naar de aarde. Hier op aarde komt de mens de tegenmachten, Lucifer en Ahriman tegen, ook in zijn denkwereld. Deze draken heeft Michaël steeds onder zijn voeten weten te houden. Kan de mens dat ook?

Daarvoor moeten wij wakker zijn en een heldere blik hebben om te proberen te zien wat er werkelijk gebeurt en welke kracht erachter zit. De intelligentie in de mensenwereld, in ons denken, wordt steeds meer beheerst door economie, door efficientie, productief en nuttig zijn en zorgen dat je niets te kort komt, dat jou niets overkomen kan. Ons denken wordt steeds meer bepaald door angst. We kunnen Michaël daar tegenover in ons bewustzijn brengen, en weten dat de kosmische intelligentie is gebaseerd op waarheid, schoonheid en het goede.

Laten wij met dat voor ogen denken aan Michaël, krachtige dienaar van Christus, helder stralend met het licht van alle hiërarchiën.

Schematische overzichten

De engelhiërarchiën

De eerste hiërarchie: Kracht-geesten
Serafijnen, geesten van de Liefde
Cherubijnen, geesten van de Harmonie
Tronen, geesten van de Wil

De tweede hiërarchie: Licht-geesten
Kyriotetes, wereldleiders, heerschappen geesten van de wijsheid
Dynameis, wereldkrachten geesten van de beweging
Exousiai / Elohim, openbaarders, machten geesten van de vorm

De derde hiërarchie: Zielen-geesten
Archai, oerkrachten, vorsten geesten van de persoonlijkheid
Archangeloi, aartsengelen, volks-geesten
Angeloi, engelen, beschermengel

De na-Atlantische cultuurperioden

met de sterrenbeelden die tijdens deze perioden in het lentepunt staan

1 de oud-Indische cultuurperiode 7227-5067 v.C. Kreeft

2 de oud-Perzische cultuurperiode 5067-2907 v.C. Tweelingen

3 de Babylonisch-Chaldeeuwse-Egyptische cultuurperiode 2907-747 v.C. Stier

4 de Grieks-Romeinse cultuurperiode 747v.C-1413 n.C. Ram

5 de Germaans/Angelsaksische cultuurperiode 1413-3573 Vissen

6 de Slavische cultuurperiode 3573-5733 Waterman

7 de Amerikaanse cultuurperiode 5733-7895 Steenbok

De aartsengel-regeerperioden

Vorige Michaëltijd vanuit de zonnesfeer 600-200 v.C.
1 Orifiël / Saturnus 200v.C.-150 n.C.
2 Anaël / Venus 150-500
3 Zacharaël / Jupiter 500-850
4 Raphaël / Mercurius 850-1190
5 Samaël / Mars 1190-1510
6 Gabriël / maan 1510-1879
7 Michaël / zon 1879-2233

================================================================================================

© Het Zonnejaar 1980 - 2024