menu

Het verhaal over Isis

Alice Woutersen 

Verteld op de Zonnejaardag 12 maart 2005 over Mens en Wijsheid, Antropos-sofia.

Isis

De god van de aarde (Geb) en de godin van de hemel (Noet) hadden vier kinderen: Osiris, Isis, Seth en Nephthys.

Isis was gehuwd met haar broer Osiris en Seth met zijn zuster Nephthys. Osiris was een wijze koning en zijn broer Seth werd jaloers op hem. Hij bedacht een list om zijn broer Osiris uit de weg te ruimen. Om die reden liet hij een doodskist maken. Dit was een hele mooie kist. Seth zorgde dat deze doodskist precies gemaakt was volgens de maten van Osiris.

Op één van de feesten nam hij deze kist mee. Iedereen bewonderde de mooie kist. Seth zei dat hij de kist wilde geven aan iemand die er precies in paste. Eén voor één ging men in de kist liggen, zo ook Osiris.

Osiris was zich van geen kwaad bewust, toen hij in de kist ging liggen. Hij pastte precies in de kist. Onmiddelijk sloot Seth de deksel en zo zat Osirus gevangen in de doodskist. De kist werd naar de Nijl gebracht en vervoerd naar de zee. Hier dobberde hij tijdenlang rond tot dat de kist aanspoelde op het strand van het land Phoenicië. Daar bleef de kist met Osiris erin liggen.

Er groeide een mooie boom om de kist. En toen deze boom groot genoeg was, werd hij omgehakt en meegenomen naar een paleis, waar hij tot één van de zuilen van de grote zaal werd.

Isis miste haar man en ging op zoek naar hem. Zij zwierf lang over de wereld en vond tenslotte de kist met Osirus terug in de zuil van het paleis in Phoenicië. De vorstin van dat rijk was erg op Isis gesteld en gaf haar de kist. Isis nam de kist mee naar Egypte en verstopte hem in het moeras, omdat zij bang was voor Seth.

Eens ging Seth op jacht en ontdekte de kist. Hij opende de kist en verdeelde de dode Osiris in 14 stukken, die hij over Egypte verspreidde.

Opnieuw ging Isis op pad. Samen met haar zuster Nephthys zocht zij alle 14 stukken weer bij elkaar. Zij legden alle stukjes weer op de juiste plek. Eén stukje ontbrak. Dat was de penis. Isis maakte die van de klei van Nijl. Daarop waaiden zij Osirus adem toe. Maar Osiris keerde niet terug naar het rijk van Isis, hij bleef in het dodenrijk. Daarop begroeven zij het samengevoegde lichaam als geheel.

Ondertussen was Isis toch zwanger van Osiris geworden. Zij verstopte zich weer in het moeras, waar zij het Horuskind baarde en ook opvoedde. Seth bedreigde ook Horus, maar tijdens zijn kindertijd stond de god Toth Horus terzijde en beschermde hem. Zo groeide Horus op.

Wie moest nu de opvolger van Osiris worden?

Seth vond dat hij als broer alle rechten had, maar Horus was het daar niet mee eens. Verder wilde Horus zijn vader wreken. Er ontbrandde een hevige strijd tussen Horus en Seth. Soms won de één en dan weer de ander.

Eén gevecht vond in het water plaats. Dat was de keer dat Seth in de gedaante van een nijlpaard vocht. Als bezorgde moeder stond Isis aan de kant te kijken. Dan kwam Seth boven en dan keer weer Horus. De wanhopige Isis wilde haar zoon Horus helpen en gooide een harpoen. De eerste keer raakte zij Horus en de tweede keer Seth. Beiden werden boos op haar. Hoe haalde zij het in haar hoofd om zich met hun strijd te bemoeien. Zij waren toch beiden familie. Seth was haar broer en Horus haar zoon! Toen Isis zich weer met de strijd bemoeide, werd Horus zo boos en sloeg uit kwaadheid haar kroon van haar hoofd. Sommigen zeggen zelfs dat hij haar hoofd eraf sloeg. Hoe het ook zij, de god Toth zorgde ervoor dat Isis een hoofd kreeg, dat gekroond was met koeienhorens. En daar stond zij dan met de horens van een koe op haar hoofd.

De tijd ging verder. Isis met haar koeienhorens werd steeds stiller. Zij sprak steeds minder tegen de mensen. Toch werd zij nog steeds vereerd, zelfs toen zij al zweeg. In Saïs stond een standbeeld van haar. Het was een gesluierd beeld en de priesters noemde haar de zwijgende weduwe. Er was een opschrift leesbaar en daar stond: "Ik ben het Al. Ik ben het verleden, het heden en de toekomst. Mijn sluier is door geen sterfeling nog opgelicht".

In die tijd was er in Saïs een jongeling die graag wilde weten wie Isis was. Op een dag ging hij naar haar toe en lichtte haar sluier op. Het was nog in de tijd vóór Christus. En helaas moest deze jongeling van Saïs zijn "nieuwsgierigheid" met de dood bekopen. Want in die tijd kon nog niemand onvoorbereid de sluier van Isis oplichten. Alleen zij die iets onsterfelijks in zich ontwikkeld hadden, zouden het gekund hebben.

Hoe ging het verder met Isis? Door haar zwijgen verloor zij het contact met de mensen. Was zij net als Osirus gestorven?

Rudolf Steiner vertelde in zijn voordrachten hoe het verder ging met Isis. Voor het bewustzijn van de mensen was Isis in slaap gevallen.

De tijd ging verder. Intussen was Christus naar de aarde gekomen en zich verbonden met de aarde-ontwikkeling. Hierdoor veranderde de verhouding tussen "hemel en aarde". Ook Isis onderging een verandering, een verandering die haar tot een nieuwe Isis maakte. De imaginatie, die Rudolf Steiner in woorden schilderde, vertel ik in eigen Nederlandse woorden vrij na:

Er was een land en in dat land woonden veel mensen. Die mensen vonden dat zij het heel druk hadden. Zij hadden heel veel te doen en renden maar heen en weer. Zij maakten zich druk om onnozele dingen en leefden een oppervlakkig leven, gevuld met uiterlijkheden. Het was in een tijd dat natuurwetenschappelijke onderzoek hoogtij vierde. Het landschap was heuvelachtig en op één van die heuvels werd gebouwd. Het gebouw zag er anders uit dan destijds gangbaar was.

Merkwaardig genoeg viel het de meeste mensen niet op dat er gebouwd werd. Ze zagen het gewoon niet. Sommigen zagen het wel, maar hadden geen interesse. En natuurlijk waren er ook mensen die het een merkwaardig gebouw vonden, maar daar bleef het bij.

Wat het gebouw voorstelde? De mensen vroegen het zich niet eens af. Het gebouw was overigens voor iedereen toegankelijk. Toch was er maar een heel klein groepje mensen dat zo nieuwsgierig werd, dat zij de heuvel op liepen en naar binnen gingen.

Midden in het gebouw stond een standbeeld. Dit beeld bestond uit een groep wezens. De middelste was een mens met om hem heen luciferische en ahrimanische wezens. De mensen gingen voor het beeld staan. Sommigen bedachten allerlei diepzinnige symbolische betekenissen voor het beeld. De mensen hadden niet door, dat dit standbeeld alleen maar een sluier was voor een onzichtbaar beeld dat er achter stond.

Hoe kon de mens dat ook weten. Hij had al zoveel dingen aan zijn hoofd. Waar zou hij de tijd vandaan halen om daar rustig te gaan zitten en het beeld op zich te laten inwerken? Neen, dat was teveel gevraagd in deze drukke tijd. Zo zag men dus niet dat achter het standbeeld een onzichtbare beeld van de nieuwe Isis stond. Het zichtbare standbeeld was als het ware haar sluier. Dit onzichtbare beeld was niet een abstract beeld van de nieuwe Isis, o nee, het was een werkelijke reëele nieuwe Isis.

Een heel enkel mens had zo'n open houding, dat het deze nieuwe Isis waarnam en zag dat zij sliep. Er was ook een duidelijk opschrift leesbaar en daarop stond: "Ik ben de mens, Ik ben het verleden, het heden en de toekomst. Iedere sterfeling moet mij sluier oplichten. "

Op een keer, naderde een gestalte de slapende Isis. Dat deed hij telkens weer. Het leek of hij een bezoeker was. En de nieuwe Isis meende, dat hij haar weldoener was en ging van hem houden. Op een dag kreeg de nieuwe Isis een spruit en zij dacht dat de bezoeker, haar weldoener, de vader van de spruit was. Dat was echter een illusie.

De geestelijke bezoeker geloofde ook in deze illusie en hield zichzelf voor de vader van de spruit. Maar hij was de vader niet. De geestelijke bezoeker was helemaal geen weldoener, maar niemand anders dan de nieuwe Seth. Hij wilde macht krijgen over de nieuwe Isis, want hij geloofde dat hij dan de wereld in zijn macht zou krijgen.

De nieuwe Isis herkende het wezen van haar spruit niet, zij wist ook niets van hem. Zij dacht dat zij haar spruit moest verslepen. En dat deed zij dan ook. Zij versleepte hem door de wereld. En terwijl zij dat deed, viel de spruit door het geweld in de wereld in 14 stukken uiteen. Tja, de nieuwe Isis had haar spruit door de wereld versleept en het was in 14 stukken uiteen gevallen.

Toen de nieuwe Seth, dit merkte, zocht hij de 14 stukken weer bij elkaar en met de kennis van de natuurwetenschap voegde hij de stukken weer ineen. Het leek of het nieuwe wezen leefde, maar in werkelijkheid was het alleen opgebouwd uit mechanische wetmatigheden. Omdat het uit veertien stukken was opgebouwd, kon het ook weer in veertien stukken uit elkaar vallen. Seth drukte op ieder van de veertien stukken iets van zijn eigen wezen af. En hierdoor kreeg ieder van de stukken een uiterlijk dat op de nieuwe Seth leek. De nieuwe Isis nam alles waar wat er gebeurde en er begon in haar een vermoeden te ontstaan, dat zij het wezen van haar spruit niet werkelijk kende.

Wat was toch het ware wezen van haar spruit, die zij door de wereld gesleept had?

Geesten van de natuur hielpen Isis en boden haar de mogelijkheid om het ware wezen van haar spruit te leren waarnemen. En dat gebeurde. Zij ontdekte dat Seth al de 14 stukken bestempeld had met zijn eigen wezen en zij zag ook dat het slechts een illusie was! De nieuwe Isis vond haar ware spruit terug. Vanaf dat moment begon in haar een merkwaardig helderziend beeld te ontstaan.

Zij merkte plotseling dat zij de koeienhorens uit het oude Egypte nog droeg, terwijl zij toch de nieuwe Isis was. Zij werd steeds meer helderziend. Deze helderziendheid bezat zo'n kracht, dat Seth (of was het Mercurius?) gedwongen werd een nieuwe kroon te maken en die op het hoofd van Isis te zetten. De nieuwe kroon was echter gemaakt van waardeloos papier, dat beschreven was met allerlei wetenschappelijke diepzinnigheden.

Nu had Isis twee kronen op haar hoofd, een papieren kroon en een koeienhorenkroon. De kracht van haar helderziendheid nam toe en het begon haar te dagen wat de diepe betekenis van de Logos was. Zij begon te begrijpen wat Johannes in zijn evangelie bedoelde met de Logos en begon ook de betekenis te beseffen van het mysterie van Golgotha.

Steeds dieper werd haar inzicht door de kracht van deze helderziendheid.

En op een dag greep de macht van de koeienhorens de papieren kroon en verwandelde haar tot een ware gouden kroon.

En daar staat zij: de nieuwe Isis, zoals zij in de toekomst voor ons zal staan. De nieuwe Isis met op haar hoofd haar nieuw ontwikkelde gouden kroon.

Alice Woutersen januari 2005

[Het tweede deel van het verhaal is gebaseerd op het imaginatieve beeld dat Rudolf Steiner beschrijft in zijn voordracht van 6 januari 1918 in GA 180. Het eerste deel is een een korte samenvatting van de mythe rond Isis en Osiris.]

Kathedraal van Chartres, Notre Dame de Sous-Terre

Toelichting op het verhaal van de oude en de nieuwe Isis.

Het is niet mijn bedoeling om dit verhaal uit te leggen. Toch is het zinvol om een ingang zichtbaar te maken.

De godin Isis is onder vele namen bekent en is het beeld van de godin van het leven en opstanding. Dus verbonden met Sofia (zie art. Alice).

Het beeld van Sofia hangt samen met het bewustzijn van de mens. Hoe ervaart de mens (of ingewijde) haar op "dat moment" en hoe vertaal je dat wat helderziend wordt waargenomen in gewone woorden en beelden die anderen kunnen begrijpen.

Haar beeld is dus afhankelijk van de mogelijkheid om contact met haar te leggen en met de manier van het waargenomene onder woorden te brengen. Dit verandert in de tijd.

Het verhaal van de oude en de nieuwe Isis geeft aan hoe de mens haar in de egyptische tijd beleefde en hoe wij haar nu weer zullen kunnen beleven.

Binnen de Egyptische mysteriën worden Isis en Osiris als een paar ervaren. Dit gaat goed tot Seth (Thyphon, Ahriman) ingrijpt en het "geestelijke levende woord van Osirus" vangt in een doodskist en het daarmee doodt (het "levende woord" wordt ingekadert, mede door het schrift).

Isis probeert Osiris weer te vinden en weer tot leven te wekken, maar dat lukt haar niet. Ze wordt wel zwanger van Osiris en baart Horus, de geestelijke godenzoon. Deze geestelijke godenzoon moet iedere farao in zichzelf opwekken alvorens hij zijn ambt aanvaardt. De tijd gaat verder, Horus groeit op, wordt krachtig en gaat de strijd aan met Seth (die hij na veel strijd overwint).

Terwijl Horus krachtig wordt en niet meer wil dat Isis zich met zijn zaken bemoeit, nemen de openbaringen van Isis aan de mensen af. Met andere woorden zij kan niet meer tot de mensen spreken (zonder hun ontwikkeling te schaden). Zo wordt zij tot een zwijgende weduwe. De mensen blijven haar wel vereren en haar beeld wordt later gedeeltelijk overgenomen door de tronende Maria met kind (velen zijn Zwarte Madonna's).

De oude Isis zegt: "Ik ben het Al", dat wil zeggen dat door haar heen het Al tot de mensen sprak. Die tijd is beeindigd. Het Al spreekt niet meer rechtstreeks tot de mens. Er moet iets anders gebeuren.

Door de verbinding van Christus met de aarde is alles veranderd. Christus werkt niet meer als zonnegeest vanuit de zonnesfeer (zoals vroeger), maar vanuit de aardesfeer. Dit zet alles op zijn kop!

Er vindt ook een verandering plaats in het kunnen beleven van Isis. De oude Isis zei: "Ik ben het Al", de nieuwe Isis zegt: "Ik ben de mens."

Notre Dame d'Anjony

Wij moeten haar nu niet in het Al gaan zoeken, maar via ons menszijn. Via het menszijn kunnen wij de nieuwe Isis vinden. Zij werkt nu als een wezen, die de menselijke vrijheid respecteert en ontwikkelt zich in deze nieuwe rol. Haar beeld is weer verbonden met ons bewustzijn voor haar.

Het beeld van de mens tussen Lucifer en Ahriman zijn wij zelf. Daar staan wij en ploeteren om Lucifer en Ahriman hun terechte plek toe te wijzen en te zorgen dat zij niet buiten hun grenzen de macht grijpen. Dat ons dat nog niet al te goed lukt hoef ik niet uit te leggen. Toch is dit volgens het verhaal nog maar een sluier.

De drijvende kracht achter dit beeld is het levende wezen dat wij de nieuwe Isis noemen. Zij is verbonden met ons. Het beeld dat wij van haar waarnemen is verbonden met onze geestelijke ontwikkeling en ons bewustzijn daarover. Het is heel interessant om haar ontwikkeling nauwkeurig in je op te nemen, want de imaginatie die Rudolf Steiner schilderde is verbonden met onze eigen ontwikkeling en hoe wij dan de nieuwe Isis zullen ervaren. Het is in wezen ons eigen verhaal over het contact met onze innerlijke nieuwe Isis. De nieuwe Isis is er voor alle mensen, haar ontmoeten kunnen wij door ons innerlijk te ontwikkelen en op zoek naar haar te gaan.

Wij zullen haar ook eerst een papieren kroon opzetten, met allerlei natuurwetenschappelijke spitsvondigheden, maar gelukkig ziet de toekomst er rooskleurig uit als wij blijven streven!

Alice Woutersen (februari 2005)

© Het Zonnejaar 1980 - 2024